Henk Stoeten (1990) groeide op in een muzikaal gezin, waar zingen en samenspel vanzelfsprekend waren. Als jongenssopraan in de kerk ontwikkelde hij al vroeg een gevoel voor klank, stilte en menselijke expressie. Hij begon aan een technische studie, maar de muziek bleef trekken — eerst op de achtergrond, maar steeds onvermijdelijker.
Zijn werk beweegt zich voornamelijk binnen de wereld van de vocale muziek. Henk schrijft vooral voor koor, a capella of met begeleiding. Zijn stijl is helder en gelaagd: melodieën krijgen ruimte om te ademen, tekst en klank zijn nauw met elkaar verweven. Hij zoekt de spanning tussen eenvoud en diepte, tussen structuur en openheid.
In zijn composities klinkt een sterke verbondenheid met taal en poëzie door — of het nu gaat om de verstilling van Weg van het Water, de retorische geladenheid van Do Not Go Gentle, of zachte melancholie in Chanson de la Colombe.
Naast koormuziek componeert Henk ook instrumentale stukken, waarin dezelfde zorg voor vorm, klankkleur en adem voelbaar is. Steeds opnieuw zoekt hij naar muziek die niet alleen klopt op papier, maar ook raakt in de ruimte — en in de mensen die haar zingen of beluisteren.
